In het rijke Westen heeft onze angst voor de dood ons vatbaar gemaakt voor volksgezondheidstirannie
Door dr. David Bell
14 maart 2023
De westerse wereld zit de laatste drie jaar gevangen in een spiraal van zelfbeschadiging en vernedering. De onderliggende psychologie, massale angst en massadynamiek zijn in abstracte termen besproken. Weinig is er nog gezegd over de mogelijkheid dat we gewoon doodsbang zijn voor de dood. Het zou heel goed kunnen dat we deze angst moeten aanpakken, als we willen ophouden ons als dwazen te gedragen.
De dood maakte ooit deel uit van het leven. Een bezoek aan een oud kerkhof zal aantonen dat veel grafstenen van vroeger gedenktekens zijn voor jonge kinderen en voor vrouwen in de vruchtbare leeftijd. Dat komt doordat een groot deel van de kinderen stierf voor hun vijfde en ongeveer een op de tien vrouwen stierf in het kraambed. Mensen reisden gewoon, hadden feestjes, gingen naar concerten, en leefden vervulde levens. De dood gebeurde, de dood was er.
In moderne rijke landen hebben betere hygiënische omstandigheden, beter voedsel, antibiotica en chirurgie de belemmeringen voor een lang leven grotendeels weggenomen. Elders worden mensen nog steeds met deze bedreigingen geconfronteerd. Maar de gemiddelde persoon in Afrika of Zuid-Azië kruipt niet onder zijn of haar bed, geobsedeerd door het laatste virus, bang om naar buiten te gaan of om buren te ontmoeten. Dat is een moderne, welvarende bevolkingsobsessie. De recente lockdowns in Afrikaanse en Aziatische landen waren meestal een reactie op externe druk van zeer rijke personen en instellingen, of op een lokale greep naar meer autoritaire controle, in plaats van echte angst voor een nieuwe en dodelijke dreiging.
Velen in het Westen worden nu volwassen zonder ooit iemand te hebben zien sterven, of zelfs maar een lijk te hebben gezien. De meesten hebben nog nooit een vriend zien sterven, velen zijn niet eens naar een begrafenis geweest. Slechts weinigen hebben bij iemand gezeten toen hij of zij uit het leven verdween. Over de dood wordt zelden gesproken en het verwerken van de dood van een naaste wordt vaak overgelaten aan het individu en de steun van professionele 'deskundigen'. Rouw in het openbaar is onbekend en kan gênant zijn. Als we de leugen geloven dat mensen slechts organische constructies zijn, dan kan de dood ook een angstaanjagende leegte van zijn van het niets.
Op het hoogtepunt van de Covid19 pandemie in de Verenigde Staten was het aantal doden veroorzaakt door Covid19 lager dan door hart- en vaatziekten en kanker. (…). Toch reageerde onze samenleving met het centraal te stellen van de ziekte in ons leven, waardoor economieën en bestaansmiddelen werden verwoest. Dit ging zelfs zo ver dat we kinderen als menselijk schild gebruikten en we injecteerden hen met nieuwe geneesmiddelen in de ijdele hoop onszelf te beschermen.
We kunnen onderzoek doen naar de oorsprong van COVID-19 en naar de voor- en nadelen van bepaalde aspecten van de maatregelen. We kunnen oproepen tot Neurenberg II tribunalen. We kunnen debatteren over de werkelijke oorzaken van het toenemende sterftecijfer. Dit zijn belangrijke discussies, maar ze raken niet de kern. We hebben een onderzoek nodig, met name een zelfonderzoek, naar de vraag waarom wij, of degenen om ons heen, openstonden voor leiding door overduidelijk uit eigenbelang handelende mensen die ons tot diep irrationele handelingen aanzetten.
In plaats van te vertrouwen op meer parlementaire commissies die ons gaan vertellen wat er verkeerd is gegaan - wat anderen ons hebben aangedaan - moeten we eerst begrijpen wat er mis is met onszelf en onze gemeenschappen. Dit betekent dat we ons vertrouwd moeten maken met vergeten aspecten van het leven, waaronder de dood. We moeten ophouden de rouw over te hevelen naar de professionals, de taboes over de eindigheid van het leven op aarde voor ons allemaal uit de weg ruimen en het onderwerp dood in gesprek brengen. Dan kunnen we het in de juiste context plaatsen, in plaats van ervoor weg te lopen van. Dat kan helpen om de moeilijke kwesties onder ogen te zien van wat ons vaak doodt wat minder vaak en hoe dat risico zich verhoudt tot uitgaan, de wonderen van de wereld zien en tijd en intimiteit delen met degenen van wie we houden.
Inzicht in de redenen waarom de samenleving tijdens Covid19 haar grip verloor is belangrijk, want degenen die van Covid19 profiteerden zijn van plan het allemaal opnieuw te doen. Ze bouwen een internationale bureaucratie op met als enige doel meer 'nieuwe' virussen te identificeren, te beweren dat ze een existentiële bedreiging vormen, en te herhalen wat we net hebben meegemaakt. Keer op keer. Dit is volledig gebaseerd op mensen die de valse vooronderstelling geloven dat de dreiging van dodelijke pandemieën toeneemt, dat zij meer slachtoffers maken dan voorheen en dat zij een existentiële bedreiging vormen voor ons allemaal, ongeacht leeftijd en onderliggende gezondheid. Ons wordt niet gevraagd bang te zijn voor de belangrijkste doodsoorzaken, zoals zwaarlijvigheid; we worden zelfs aangemoedigd dat als mooi te omarmen. Er wordt ons veeleer gevraagd een groot aantal duidelijke leugens te geloven. We moeten begrip en veerkracht opbouwen om een dergelijke manipulatie te weerstaan.
Om te voorkomen dat de maatschappij zichzelf opvreet door angst en domheid moeten we onszelf opvoeden. De ‘deskundigen’ van de samenleving hebben veel baat bij pandemieën en zijn niet gemotiveerd om dergelijk onderwijs te geven. Hiervoor zal ieder van ons tijd moeten vinden. Tijd voor discussie, tijd voor zelfreflectie en tijd om na te denken over wat het leven eigenlijk is. We moeten rustig op een rijtje zetten wat er om ons heen gebeurt, en het risico nemen om te onderzoeken wat het is waar we werkelijk waarde aan hechten. Dan kunnen we anderen ervan weerhouden misbruik te maken van onze onwetendheid.
Dr. David Bell is een klinisch en volksgezondheidsarts met een doctoraat in volksgezondheid en een achtergrond in interne geneeskunde, modellering en epidemiologie van infectieziekten. Voorheen was hij directeur van de Global Health Technologies bij Intellectual Ventures Global Good Fund in de VS, programmahoofd voor Malaria en Acute Febrile Disease bij FIND in Genève en coördineerde hij de strategie voor malariadiagnostiek bij de Wereldgezondheidsorganisatie. Hij is lid van het Uitvoerend Comité van PANDA.